maandag 10 maart 2008

Overwinning Spaanse socialisten

Met 99,8% van de stemmen geteld, halen de socialisten jammer genoeg geen absolute meerderheid. 43,72 %, geeft hen wel een duidelijke voorsprong op tegenstander Mariano Rajoy, van PP, die op 40,13% strandt. Beide partijen stijgen respectievelijk één en twee punten ten opzichte van hun resultaat in 2004.

Vrijdag dreigde ETA op het laatste moment de verkiezingen te zullen beheersen. In Mondragón, Baskenland vermoordde deze gewelddadige afscheidingsbeweging Isaías Carrasco, een vroegere lokaal mandataris van PSOE. Naar aanleiding van deze brutale actie lasten de meeste partijen de geplande afsluiting van hun verkiezingscampagnes af. Zowel PSOE als PP riepen op om massaal te gaan stemmen. Door haar stem uit te brengen kon het Spaanse volk bewijzen dat niet het geweld, maar de democratie zou overwinnen in Spanje. En daar is het land ook in geslaagd, gezien de ruimer dan verwachtte opkomst van meer dan drie kwart van de Spanjaarden.

De socialisten vreesden dat de aanslag de kiezers zou overtuigen om Zapatero de mislukte dialoog met ETA aan te rekenen en massaal voor PP zouden stemmen. Vanuit haar oppositiepositie bleef deze hameren op het zogezegd mislukken van het regeringsbeleid op het vlak van de bestrijding van het terrorisme, de migratiepolitiek en het veiligheidsbeleid. Daarnaast hield PP PSOE verantwoordelijk voor de vertraagde economische groei. Maar de kiezer besliste anders en zich liet bekoren door het verkiezingsprogramma van PSOE. Dat concentreerde zich op drie assen: ten eerste wil PSOE volledige tewerkstelling bereiken om het sociaal welzijn te garanderen. Ten tweede wil de partij een samenlevingsproject ontwikkelen dat de kwaliteit van de democratie moet garanderen en zich tevens richt tegen elke vorm van discriminatie. Als laatste wil PSOE van Spanje een van de modernste landen ter wereld maken, niet alleen omwille van haar economisch gewicht, maar vooral omwille van haar positionering ten aanzien van de actuele uitdagingen als de klimaatsverandering, infrastructuur en informatietechnologie.

Met 169 zetels (op 350) komt PSOE er 7 tekort om de meerderheid in het parlement te krijgen. Ze zullen dus coalities moeten aangaan met de kleinere partijen, zoals de meer gematigde Catalaanse onafhankelijkheidspartij CiU die net als het gematigde PNV evenveel zetels in de wacht sleept als in 2004. De grote verliezers van deze verkiezingen zijn de Izquierda Unida (Verenigd Links) en de meer radicale onafhankelijkheidspartijen. Opvallend is de winst voor de voormalige socialistische leider Rosa Díez die een zetel in het Congres wist te bemachtigen om van daaruit een verenigd Spanje te verdedigen.

Geen opmerkingen: