woensdag 8 oktober 2008

De ongemakkelijke werkelijkheid

De markt stoot op haar grenzen. Het argument dat staatsuitgaven –en tussenkomsten ‘ongezond’ zijn voor de economie mag nu voor eens en voor altijd worden begraven.

De crisis in de financiële sector en de mogelijke gevolgen voor de wereldwijde economie tonen nog maar eens aan dat de markt niet zaligmakend is. Het voelt bijzonder wrang aan dat net op dit moment blijkt dat de private sector het niet alleen kan en dat de overheid moet ingrijpen.

Dit is iets waar we als jonge socialisten eigenlijk niet tegen kunnen zijn, temeer omdat we nu eenmaal altijd hebben beweerd dat de overheid zijn verantwoordelijkheid moet nemen. Economisch liberalen zijn gelukkig dat de overheid dit ingrijpen doet om hun handel te redden. Dit ligt voor hen moeilijker als het gaat om sociale
programma’s en het ondersteunen van de man in de straat.

Volgens ons toont dit aan dat de overheid de economie actief moet sturen, omdat de onzichtbare hand nu eenmaal niet veel oog heeft voor duurzaamheid. In een vrije markt met grote spelers die elkaar rauw lusten, heerst weinig vertrouwen. Waarom zouden bedrijven dan de moeite doen op heel erg lange termijn te denken en ervoor
zorgen dat ze een stabiele, ecologisch en sociaal duurzame basis leggen voor hun activiteiten? Hier moet de overheid proactief sturen. De staat moet voorwaarden opleggen, durven stellen dat deze of gene maatregel niet inovereenstemming is met wat inwoners nodig hebben. Dat producten te belastend zijn voor het milieu, dat hoge
ontslagpremies niet aanvaardbaar zijn, dat toplonen de pan uit swingen en dat speculatie enkel maar leidt tot meer faillissementen. Dit moet gebeuren voordat het kalf verdrinkt.

Liberalen zien dat anders. Vanuit een visie dat de staat moet bijspringen als het al te laat is, vinden ze het nu niet meer dan normaal dat de overheid bijpast. Daar dient de staat toch voor? Het falen compenseren, want al dat belastingsgeld komt toch voornamelijk van bedrijven? Als het daar wat minder gaat dan mogen die bedrijven
zonder veel problemen het spaarpotje van de overheid opsouperen om daarna weer verder te gaan.

No passaran José. Dit falen toont aan dat het bedrijfsleven regels moet respecteren en dat de overheid niet telkens in de bres kan springen als het te laat is. De staat moet trachten dit soort situaties te vermijden. Daarom moet Europa maatregelen nemen om speculatie tegen te gaan. animo dringt erop aan dat sp.a hierin het voortouw
neemt. Dit kan bijvoorbeeld door wat betreft de toplonen de nadruk eerder te leggen op plafonneren in plaats van transparant te maken. Maatregelen tegen speculatie bestaan reeds in de vorm van de Tobintaks. Deze maatregel is goedgekeurd in België, maar nog niet in alle landen van de eurozone. Ons land moet meer het voortouw nemen
voor de internationale ratificatie van de Tobintaks, willen we deze effectief kunnen doorvoeren.

Op Belgisch niveau moet bijvoorbeeld een stop komen op de toplonen. Transparantie van deze lonen is niet voldoende. De overheid moet een maximumbedrag opleggen en vele extralegale voordelen die niet belast worden, verbieden. Wij geloven in de noodzaak van een actieve overheid die in Europees kader de markt stuurt in plaats
van ze te ondergaan. We zullen dan ook niet dulden dat het na deze crisis weer business as usual wordt.

bron: opiniebijdrage animo-nationaal

Geen opmerkingen: